Verslag ronde 11 2017-2018

De overwinnaars van donderdag zouden het vrijdag op de club zwaar krijgen! Dat begon met Emil tegen Carlo. Emil verloor een kwaliteit. Weliswaar tegen een behoorlijke hoeveelheid pionnen maar daar maalde Carlo niet om. En nadat Carlo op promotie afstuurde gaf Emil op.

Hetzelfde gold voor Louis die in Hans een zware tegenstander trof. Hans speelde deze avond zeer geconcentreerd en dat vertaalde zich op het bord in een knappe overwinning.

Arien en Ronald toverden een prachtsstelling op het bord. Hier hebben we naar afloop nog wel een tijdje naar zitten kijken. Ronald dreigde door te breken met een pion op de a-lijn en dreigde ook allerlei penningen op de dame en koning van Arien. Omgekeerd was Arien bezig met een mooie aanval op de koning van Ronald die enigszins geisoleerd stond. Met ieder nog maar enkele minuten op de klok werd toch remise overeengekomen.

Ikzelf kreeg schaakles van Wim. Zelden heb ik de achterkant van mijn notitie formulier nodig en ik kan mij ook niet heugen dat ik tot zo laat door moest spelen tegen Wim om uiteindelijk de winst toch nog wat gelukkig mijn kant op te krijgen.

Het begon al in de opening. Ik had het idee dat ik continu dicht bij een doorbraak zat. Maar telkens was er wel een variant of lijn waarmee Wim mijn aanval kon weerleggen. En daar waar Wim in het verleden nog wel eens een pionnetje liet lopen om dan te kunnen rokeren bleef hij nu over alle kanten alert. Rond elf uur kwamen wij in onderstaande stelling terecht.

Wim had even daarvoor nonchalant een pion van f7 naar f6 geschoven. Naief als ik ben dacht ik dat dit het eerste foutje van Wim was en met een glimlach op mijn gezicht nam ik met mijn toren op f6 en nam ik een slok van een biertje. In die slok verslikte ik mij direct toen Wim a tempo d3 speelde. Nu had ik een probleem! Slaan met c2 x c3? Dan volgt een penning met loper g7 en verlies ik een stuk. Niet slaan en gewoon nemen op a6? Dan slaat Wim en houd ik die pion niet meer van promoveren. Noodgedwongen speel ik c3 waarna ik er echt nog een half uurtje voor moet knokken om vanuit een mindere stelling alsnog de winst binnen te slepen.

Later vertrouwt Wim mij toe dat hij zich had voorgenomen deze partij elke zet wat langer na te denken. “Jaja”, zei Wim, “Ook ik leer nog steeds!” waarna hij besloot met een citaat van Goethe: ‘In der Beschränkung zeigt sich erst der Meister.” (1802): “In de beperking toont zich pas (voor de eerste keer) de meester.”
Grt,

Gerard Beerepoot